zondag 3 juni 2012
Reisje naar Thüringen, Oberhof
Verslag verblijf Treff Hotels Panorama Oberhof
Zaterdag 26 mei kwamen we na een goede reis hier aan, auto geparkeerd en naar binnen gegaan. Onze verbazing was erg groot, bij de receptie stonden veel mensen, meer dan 100. Het bleek dat er ook groepen gekomen waren, o.a. een groep die de hele week schaakwedstrijden had. Hiervoor waren kraampjes opgezet voor aanmelden, maar het was erg druk, begrijpelijk. Er waren 2000 gasten in het hotel. Na aanmelden konden we naar onze kamer op de 2e verdieping huis 2, maar ja, een grote tas en ik in de rolstoel, hoe moet je de trap op naar de lift. Er was een helling, maar daar stond op, niet voor rolstoelen, alleen voor koffers. Wij vragen…. U moet over de helling, maar is voor eigen risico. Wij geprobeerd, Ed duwde mij, maar de helling was zo glad dat Ed weggleed, gelukkig kon ik me vastpakken aan de zijkant en me kleine stukjes optrekken, maar dit is echt onverantwoord. Daarna met de lift, maar met zulke drukte is het wel wachten, al zijn er 3 liften in huis 1 en 3 liften in huis 2.
De kamer snel gevonden, keurig, 3 bedden en een badkamer, tv. Ed is even het hotel gaan bekijken, later samen even een klein kijkje genomen, er is een zwembad en ellensmogelijkheid, midgetgolf, een aparte gelegenheid waar je kunt klimmen en andere dingen doen, maar later was dit voor schaakspelen gereserveerd.
‘s avonds gegeten, dit was in huis1, je moet dan weer voor de receptie langs om naar het andere huis te gaan. Er was buffet, je kon nemen wat en hoeveel je wilde. Vanwege mijn allergie gevraagd waar geen paprika /poeder in zat, er bleef voldoende over. Het was heerlijk.
Zondag na de lunch, hebben we de scootmobiel gepakt en zijn naar de VVV gegaan. Daar werden we vriendelijk geholpen, geadviseerd een rondwandeling te maken langs de Ski-arena en via de Rennsteig terug te komen. Goed idee dus we gingen op weg, Prachtige weg langs allemaal interessante dingen zelfs langs skischansen Ook in de zomer een mooi gezicht. Aan de andere kant van de weg was ook een wandelingetje waar de bobbahn uitkwam. Iets verder was de Obere Schweizer Hütte waar we koffie gingen drinken. Hier kwamen we tot de ontdekking dat we verkeerd gegaan waren. Geeft niks het was prachtig, maar wel terug, volgens de huttenwacht konden we ook niet verder. Terug weer in Oberhof hebben we de goede weg genomen en zijn (helaas het eerste stuk langs de straat) naar de Ski-Arena gelopen. We hebben daar 2 Bobsleeen zien vertrekken, die dus uitkwamen waar we eerder geweest waren, leuk. Kabelbanen en skibanen gezien, toen doorgelopen over de Rennsteig, heerlijke wandeling dwars door het bos, goed aangegeven. Het is hier prachtig.
Maandag zijn we naar Gotha gegaan en daar de stad gekeken, het slot gezien en alle oude huizen e.d. Daarna naar Erfurt gegaan en daar geparkeerd en lekker bij een broodjeszaak geluncht tegenover de kathedraal. De kathedraal later bezocht, welke voor ons opengemaakt werd zodat ik er met de scoot in kon, we hadden de aanwijzingen gevolgd voor rolstoelen en zo zonder trappen naar boven naar de kathedraal gekomen. Verder de stad bekeken, de oude synagoge en het synagogenmuseum bekeken. Een mooi dag geweest.
Dinsdag hebben we weer gewandeld, en eigenwijs als we zijn we weer naar de Obere Schweizer Hutte gelopen, er was geen koffie, het was die dag gesloten, maar we zijn toch verder gegaan, het was allemaal verharde weg en er kwamen auto’s en fietsers vandaan, dus…. Een eindje verder zagen we iemand op een soort slee maar wel op wieltjes, over de weg naar beneden gaan, Langs de weg was ook op kritieke punten een afrastering gemaakt zodat ze niet naar beneden konden storten als het verkeerd ging.
Een auto reed er achteraan, die hen weer naar boven bracht als de rit klaar was. We hebben er geïnteresseerd naar gekeken. Er waren meer fietsen op de weg dus het was wel verantwoord dat we daar liepen. Prachtige uitzichten en na een hele tijd kwamen we bij een stuwmeer en later in Luisental. Daar Thee gedronken en gegeten en gevraagd of we langs, maar niet over, de weg terug konden naar Oberhof. Ja aber der weg ist hoch. Onze duitse taal is begrijpelijk, maar dit hadden we niet goed begrepen, hoch is voor ons hoog, en dat waren we al geweest dus …we gingen op pad. We namen de aangewezen weg, omhoog evenwijdig met de straat waar de auto’s reden. Er stonden woningen en het ging goed tot we de plaats uit waren er over een (harde) zandweg verder gingen maar wel steeds omhoog, zeker minstens 15% tot op een gegeven moment de scoot stilstond en er geen beweging meer in te krijgen was. Na even wachten weer geprobeerd en toen deed hij het een halve meter en weer uit. Door steeds de sleutel er even uit te halen en dan opnieuw aan deed hij het steeds een halve meter, maar zo hebben we hem wel omgedraaid. Ed is snel weer naar beneden gelopen om de bus de bus te halen en zo naar het hotel te gaan om de auto op te halen waarmee hij mij weer kon ophalen. Ik ben heel rustig, halve meter na halve meter, naar beneden gegaan, heb er vast wel een half uur over gedaan. Ik kwam weer aan bij de theeschenkerij en heb daar op Ed gewacht. Hij was er al om 14.30 uur, dus we hadden al een hele dag en een erg mooie dag gehad. Daarna ging het prima, de scoot in de auto en terug naar het hotel.
Daar gaven ze bij de receptie aan Ed de naam van een zaak “Sanitätshaus Valetzko” in Suhl.
Zullen we proberen? vroeg Ed aan me. Natuurlijk, dus weer in de auto en naar Suhl gereden.
Stom toeval dat we daar de weg vroegen bij een benzinestation, waar ze ons de weg wezen en zeiden “als je daar bent moet je weer even vragen”. We kwamen op die plek en daar liepen 2 oudere dames, maar als je ergens zo loopt, dan ben je er vaak bekend dus Ed vroeg, en ja hoor, “het is hier vlakbij, 2e weg rechts en dan zie je het zo” Het klopte helemaal dus fijn snel gevonden, met veel geluk, in een grote stad als Suhl is.
In het Sanitätshaus zijn we erg vriendelijk geholpen, De motor was te heet geworden, en met een kleine ingreep hebben ze hem snel (en volgens hen waarschijnlijk tijdelijk) gerepareerd. Het is een erg grote zaak waar ze van alles verkopen, ook voor ziekenfonds, van lepels om te eten, bedden tot elektrische scooters (scootmobielen) aan toe.
Woensdag zijn we naar Weimar gegaan. De stad bekeken, het park en het oude kerkhof bezocht. Goethe en Schiller hebben daar geleefd en er stond veel aan aandenken.. Wat is dit deel van Duitsland toch mooi, Prachtige en heel anders gebouwde gebouwen en steden, mooie natuur, fijne bergen.
In de loop van de middag zijn we naar Buchenwald gegaan. Het is vreselijk wat daar gebeurd is maar er is niet meer zo erg veel te zien, je ziet de plaatsen waar de barakken gestaan hebben maar hiervan is alleen op de grond te zien dat er wat gestaan heeft. Wel is er een museum waar foto’s zijn en waar het beschreven staat. Je krijgt dus wel een indruk, maar ikzelf vond de andere concentratiekampen die we gezien hebben meer indrukwekkend en aansprekend. Het blijft natuurlijk afschuwelijk.
Donderdag was een goede dag, terwijl er anders voorspeld was. ‘sMorgens zijn we naar Rennsteiggarten gegaan. Dit is in een bergbos, aangelegde tuin met veel verschillende planten en bomen, een prachtige weg door de tuin/bos. Hier werd je gewezen op de verschillende planten, maar ook op andere bomen en struiken, vogels en andere dieren die er in vrijheid in konden komen, vliegen etc. Er waren plaatsen waar op verschillende wijzen werd laten zien wat er was en hoe en waarom het zo was, Zelfs werd er gewezen op de stand van de maan en sterren.
Heel mooi, interessant en leerzaam.
‘s Middags heb ik een massage gehad en is Ed lekker in de sauna gegaan, allemaal in het hotel. ‘sAvonds ging het regenen en stormen en zijn we lekker binnen gebleven.
Vrijdag was het nat, je kon niet ver kijken, toch zijn we na het ontbijt er weer opuit gegaan, we wilden de Schneekopf zien en zo mogelijk, van het uitzicht genieten. We kwamen er aan, maar er was echt niks te zien, de wereld was nog veel te klein. Verder gereden, maar aan de andere kant van de berg werd het helderder. Tussen de middag gegeten in de Thüringer Hutte, in juni aan de erwtensoep, en het was lekker.
Zaterdag na het ontbijt naar huis, na een heerlijke vakantie.
dinsdag 15 november 2011
Reis naar Canada 2011
Ed en Marina Canada 2011
In deze route zullen we het volgende aandoen: Whistler, Kamloops, Wells Gray Provincial park, Jasper, Lake Louise, Banff, Revelstoke, Kelowna, Manning Park, Victoria, Vancouver Island en eindigen weer in Vancouver. We verblijven dan nog 2 nachten in een hotel in Vancouver om de stad te bezoeken. Daarna vliegen we weer naar Toronto om nog een paar dagen bij de kinderen en kleinkinderen te blijven.
Vancouver, er is nu met Nederland een tijdsverschil van 9 uur. We gingen richting Whistler. Daar zijn we met de gondelbaan naar boven gegaan. Halverwege moesten we overstappen en gingen zo’n 3.000 meter hoog. Ook de rolstoel kon goed mee in de gondel. Helemaal boven een prachtig uitzicht over de Whistler en we zaten midden in de sneeuw.
Om ongeveer kwart voor 8 reden we van de prachtig gelegen camping af. Al enkele kilometers voorbij Whistler reden we alweer midden door de natuur. Om koffie te drinken stopten we bij het provinciale natuurpark Nairn Falls. We zaten daar al om 9 uur lekker in het zonnetje.
Rond 12 uur kwamen we aan in Clearwater. Deze plaats is de toegang tot het provinciale park. Hier zijn ook veel campings. Bij de informatie hoorden we dat de campings in het park zelf nog niet vol waren. We hebben toen besloten om in het park te gaan overnachten. Eén van de campings was 65 kilometer het park in. Het park staat bekend om zijn aanwezigheid van beren en om zijn vele watervallen en een waterval die hoger is dan de Niagara waterval. Het eerste stuk van het park was goed te rijden. Later ging het asfalt gedeelte over in een hard zand/grind pad. Toen begon het ook nog hard te regenen en werd de weg wel wat glibberig. De camper ziet er niet meer uit, hij druipt van de modder. Bijna 1 ½ uur later kwamen we aan bij de campsite. Het is midden in het bos, geen elektriciteit etc. Dat is niet erg omdat je in de camper gewoon licht kunt hebben vanuit de accu’s. Registratie moest je zelf doen en het geld in een envelopje doen.. We staan aan een zeer snel stromende rivier op een ruime eigen campsite plaats.
. Helaas is het bijna de hele middag blijven regenen. Het is even droog geweest en zijn we naar het Clearwater Lake gegaan.
Vandaag zijn wij van het uiterste puntje van het park (onze camping) rustig naar het begin van het park gereden, met verschillende stops bij bezienswaardigheden.
De eerste stop was bij Bailey,s Chute. Vanaf de parkeerplaats was het een korte wandeling naar het uitzichtspunt bij de rivier. Met de rolstoel was het af en toe wel moeilijk, omdat het pad steil was. Marina is op de terugweg van het uitzichtspunt een klein stukje achter de rolstoel naar boven gelopen, omdat het niet aan te duwen was. Het was een prachtig uitzicht en de moeite om er te komen was het zeker waard.
De 2e stop was bij Helmcken Falls Viewpoint.. Om daar te komen ging je vanaf de hoofdweg van het park, 5 kilometer naar het uitzichtspunt. Het uitzichtspunt zelf was niet ver van de parkeerplaats af. De waterval van de Murtle River is hier 141 meter hoog. Het zou hoger zijn dan de Niagara waterval en één van de mooiste van Canada. Hij is niet zo breed als de Niagara.
De 3e stop was bij Spahats Falls
We gingen hierna over op Highway 16 en reden zo de provincie Alberta binnen. Het tijdsverschil met Nederland is hier maar 8 uur. Ook is hier het begin van de Rocky Mountains. We reden langs de Mountain Robson, de hoogste berg t.w. 3954 meter hoog. Enige kilometers voor Jasper reden we het nationale park Jasper binnen en moesten hiervoor toegang betalen. Al spoedig zagen we een beer. In Jasper aangekomen vonden we een hele mooie camping. Helemaal gelegen in het nationale park. Het is ook een onderdeel van het NP.. Er was echter geen plek meer met elektriciteit , op zichzelf geeft dat niet omdat de camper gewoon alles aan boord heeft.
Nu langs de Maligne Canyon en het Medicine Lake. Dat laatste meer loopt door de ondergrondse watergangen soms leeg en weer vol.. Onderweg kwamen we twee beren tegen en hebben er één op de foto kunnen zetten
The Icefield Parkway (27 en 28 juni)
Vandaag zijn we van Jasper vertrokken richting Lake Louise. Dat is ruim 230 kilometer. De weg heet : The Icefield Parkway en wordt beschreven als de mooiste weg van de wereld.. Het zijn 2 nationale parken t.w. Jasper National Park en Banff National Park. Beide parken behoren tot het werelderfgoed. Ook in alle reisbeschrijvingen wordt deze weg beschreven als het hoogtepunt van je bezoek aan de Rocky Mountains. Je rijdt tussen, door en over bergen heen. Besneeuwde toppen zie je om je heen, overal prachtige blauwe meren die soms prachtig groen zijn. De weerspiegeling van de bergen in het meer is heel mooi.
Tijdens de 230 kilometers weg, heb je steeds zijpaden om prachtige bergwandelingen of rondwandelingen langs een meer te maken, het kijken naar watervallen of prachtige vergezichten. Sommige uitstapjes zijn voor ons niet mogelijk. Onze 1e stop was na 30 kilometer bij de Athabasca Falls. Hier konden we heel dichtbij de waterval komen. Hij stort hier 12 meter omlaag over kwartsgesteente in een korte, nauwe kloof.
De bedoeling was om vandaag naar Lake Louise te gaan, maar zo’n 50 kilometer daarvoor zagen we een camping bij de Mosquito Creek. De camping was in het bos en met een meer. Het was een camping van het Nationale Park. Ook hier was het zelf plaatsje zoeken, papiertje invullen en geld in een zakje doen. We hadden een prachtige plek. De camping had geen elektriciteit en ook geen water. Er stonden wel 2 hokjes die als plee dienden. (dus geen waterspoeling, direct de grond in) Bij de kampeerplek was wel een vuurkorf. In het midden van de camping lag allemaal hout, wat je kon pakken om bij je plek te branden. We hebben tot bijna half 10 buiten gezeten, met een lekker vuurtje er bij.
Naar Lake Louise en Banff
In 1890 werd door de Canadian Pacific Railroad een hotel gebouwd met de naam Chateau Lake Louise. In 1924 brandde dit hotel af en werd herbouwd. Het is nu een imposant bouwwerk met meer dan 1000 kamers.
Als je een kamer zou hebben met zicht op het meer en de Victoria gletsjer , dan lijkt me dat fantastisch. Op het meer kun je kanoën. Het lijkt me wel koud als je in het water valt, want ook hier bereikt het water een niet hogere temperatuur dan 4 graden. Daarna zijn we naar het Moraine Lake gereden. Hiervoor moesten we 12 kilometer de bergen in. Het bracht ons op een hoogte van plm. 2.000 meter.. We hebben daar een stukje gewandeld.
Vervolgens zijn we op ons gemak naar Banff gereden, waar we 2 nachten zullen verblijven. Ook in Banff zijn het alleen campings van het Nationale Park. We hebben nu wel elektriciteit, water en afvoer maar er is geen internet. Onderweg kwamen we nog een Grizzly beer tegen. Op de foto zie je dat de beer achter gaas zit, maar dat is een afscheiding van de weg en de wilde natuur.
Van Banff naar Revelstoke (Donderdag 30 juni)
Vanmorgen alweer om 8 uur vertrokken naar onze volgende bestemming. We verlaten de Rocky Mountains. We gaan naar Revelstoke over de Trans Canadian Highway. .
1 juli Canada-day
Rond half 3 waren we op de camping in Kelowna. We zijn daarna nog met de camper naar het feestterrein gegaan van Kelowna waar uitbundig de Canada-day gevierd werd. Dit gebeurde in een park die gelegen is aan de rand van het meer. Met moeite konden we onze camper parkeren, vanwege het feest. Het was een bewaakte parkeerplaats die eigenlijk vol was, maar de parkeerwachter (vrijwilliger) zei kom er maar in, “ik ben blind”. Toen hij hoorde dat we uit Nederland kwamen kon hij twee Nederlandse woorden zeggen en of wij een bepaalde familie in Rotterdam kenden. Hij was Amerikaans militair geweest en was gelegerd geweest in Duitsland en had vrienden gemaakt uit Rotterdam.
We zijn het feestgedruis ingegaan. Ondertussen was het weer heel goed geworden, zelfs warm. Het was heel druk. Op verschillende plaatsen speelden een band. De mensen liepen met de Maple Leaf geschilderd op de wang of op de buik of benen, met vlaggen om hen heen, shirts met Canada er op etc. Overal standjes, vergelijkbaar met een kunstmarkt bij ons. Het was echt feest.
Maandag 4 juli
Ook vandaag zijn we met de bus naar Victoria gegaan. Lekker langs het Waterfront gelopen/gekuierd. We merken dat Victoria een hele rustige stad is. Het weer is hier over het algemeen goed en wij treffen het ook zo aan. Het is heerlijk weer en zitten dan ook af en toe op een terrasje. We hebben het imposante parlementsgebouw bezocht. Het is van het parlement van Brits Columbia. Het is een gebouw uit 1898.
Tocht op Vancouvereiland
Vanmorgen vroeg weer vertrokken van de camping in Victoria.
Terwijl je rijdt heb je steeds mooie gezichten over het water heen. Dan kom je uit bij River Jordan. Daarna wordt de weg zeer bochtig, en veel dalen en stijgen, maar het blijft heel mooi. Over zo’n 50 kilometer van dat laatste stuk doe je meer als een uur. Ook komen we op dit stuk de “one line bridges” tegen, die we nog kennen van onze Nieuw Zeeland reis. Uiteindelijk kwamen we uit bij Port Renfrew. Hier hield de weg nr 14 op. We dachten van daaruit via binnenwegen naar Tofino te kunnen rijden. Het begin lukte aardig. Een hele mooie route, maar op een bepaald moment werd het een zandweg. (zacht zand) Dat leek ons voor deze camper toch niet zo geschikt. Dus weer een andere weg gezocht. Uiteindelijk moesten we wel over een niet eerder, door ons, gereden weg, een stuk terug naar de oostkust, waar we in Duncan uitkwamen. Duncan ligt niet zo ver van Victoria af, we hadden ondertussen wel zo’n 250 kilometer gereden.
Naar Tofino (woensdag 6 juli)
Na enige kilometers werden we aangehouden. Ik dacht dat we aangehouden werden wegens een snelheidsovertreding, maar dat was het niet. Men vroeg of wij het park in gingen of er alleen maar door heen gingen naar Tofino.
Aangekomen in Tofino bleek dat de camping die we op het oog hadden vol was. We werden verwezen naar de buren. Die hadden nog wel plaats, maar het was/is niet zo’n goede camping. Er is wel een zwembad bij waarvan we ook gebruik gemaakt hebben. Allebei de campings liggen wel direct aan de oceaan. We zijn dan ook naar het strand gegaan, waar Marina achter de rolstoel nog een stukje op heeft gelopen.
‘s-Avonds nog even Tofina ingegaan (met een busje van het plaatselijk vervoer) om te eten. Morgen gaan we naar Ucluelet. Ook deze plaats ligt aan de Pacific Ocean, wij noemen dit de Grote en Stille Oceaan.
Een dag Ucluelet en terug naar Vancouver. ( 7 en 8 juli)
Vanmorgen vertrokken van de niet zo plezierige camping in Tofino naar Ucluelet. Het is maar zo’n 30 kilometer. Wat opvalt langs de kustweg, en we hadden het al eerder bij andere kustwegen gezien, dat is, dat er borden langs de weg staan met evacuatieroute bij een Tsunami
Ucluelet is een leuk dorp. We vonden het zelfs nog mooier dan Tofino, die meer toeristen trekt. We kwamen op een prachtige camping. We keken uit op de haven van het plaatsje. Het was een schitterend uitzicht.
. Onderweg besloten we om niet in Nanaimo te overnachten, maar de boot te nemen en aan de andere kant een camping te zoeken. We konden mee met de boot van 15.15 uur.
Vancouver.
Vanavond zijn we wezen eten op de “Lookout toren” (in het Harbourcentrum) Het is een soort Euromast, maar 3 x hoger. De lift gaat buiten langs omhoog waardoor je vanuit de lift al uitzicht krijgt. Als je gaat eten, hoef je geen toegang voor de toren te betalen. Het restaurant draait rond. Een magnifiek uitzicht over Vancouver.
In deze route zullen we het volgende aandoen: Whistler, Kamloops, Wells Gray Provincial park, Jasper, Lake Louise, Banff, Revelstoke, Kelowna, Manning Park, Victoria, Vancouver Island en eindigen weer in Vancouver. We verblijven dan nog 2 nachten in een hotel in Vancouver om de stad te bezoeken. Daarna vliegen we weer naar Toronto om nog een paar dagen bij de kinderen en kleinkinderen te blijven.
Vancouver, er is nu met Nederland een tijdsverschil van 9 uur. We gingen richting Whistler. Daar zijn we met de gondelbaan naar boven gegaan. Halverwege moesten we overstappen en gingen zo’n 3.000 meter hoog. Ook de rolstoel kon goed mee in de gondel. Helemaal boven een prachtig uitzicht over de Whistler en we zaten midden in de sneeuw.
Om ongeveer kwart voor 8 reden we van de prachtig gelegen camping af. Al enkele kilometers voorbij Whistler reden we alweer midden door de natuur. Om koffie te drinken stopten we bij het provinciale natuurpark Nairn Falls. We zaten daar al om 9 uur lekker in het zonnetje.
Rond 12 uur kwamen we aan in Clearwater. Deze plaats is de toegang tot het provinciale park. Hier zijn ook veel campings. Bij de informatie hoorden we dat de campings in het park zelf nog niet vol waren. We hebben toen besloten om in het park te gaan overnachten. Eén van de campings was 65 kilometer het park in. Het park staat bekend om zijn aanwezigheid van beren en om zijn vele watervallen en een waterval die hoger is dan de Niagara waterval. Het eerste stuk van het park was goed te rijden. Later ging het asfalt gedeelte over in een hard zand/grind pad. Toen begon het ook nog hard te regenen en werd de weg wel wat glibberig. De camper ziet er niet meer uit, hij druipt van de modder. Bijna 1 ½ uur later kwamen we aan bij de campsite. Het is midden in het bos, geen elektriciteit etc. Dat is niet erg omdat je in de camper gewoon licht kunt hebben vanuit de accu’s. Registratie moest je zelf doen en het geld in een envelopje doen.. We staan aan een zeer snel stromende rivier op een ruime eigen campsite plaats.
. Helaas is het bijna de hele middag blijven regenen. Het is even droog geweest en zijn we naar het Clearwater Lake gegaan.
Vandaag zijn wij van het uiterste puntje van het park (onze camping) rustig naar het begin van het park gereden, met verschillende stops bij bezienswaardigheden.
De eerste stop was bij Bailey,s Chute. Vanaf de parkeerplaats was het een korte wandeling naar het uitzichtspunt bij de rivier. Met de rolstoel was het af en toe wel moeilijk, omdat het pad steil was. Marina is op de terugweg van het uitzichtspunt een klein stukje achter de rolstoel naar boven gelopen, omdat het niet aan te duwen was. Het was een prachtig uitzicht en de moeite om er te komen was het zeker waard.
De 2e stop was bij Helmcken Falls Viewpoint.. Om daar te komen ging je vanaf de hoofdweg van het park, 5 kilometer naar het uitzichtspunt. Het uitzichtspunt zelf was niet ver van de parkeerplaats af. De waterval van de Murtle River is hier 141 meter hoog. Het zou hoger zijn dan de Niagara waterval en één van de mooiste van Canada. Hij is niet zo breed als de Niagara.
De 3e stop was bij Spahats Falls
We gingen hierna over op Highway 16 en reden zo de provincie Alberta binnen. Het tijdsverschil met Nederland is hier maar 8 uur. Ook is hier het begin van de Rocky Mountains. We reden langs de Mountain Robson, de hoogste berg t.w. 3954 meter hoog. Enige kilometers voor Jasper reden we het nationale park Jasper binnen en moesten hiervoor toegang betalen. Al spoedig zagen we een beer. In Jasper aangekomen vonden we een hele mooie camping. Helemaal gelegen in het nationale park. Het is ook een onderdeel van het NP.. Er was echter geen plek meer met elektriciteit , op zichzelf geeft dat niet omdat de camper gewoon alles aan boord heeft.
Nu langs de Maligne Canyon en het Medicine Lake. Dat laatste meer loopt door de ondergrondse watergangen soms leeg en weer vol.. Onderweg kwamen we twee beren tegen en hebben er één op de foto kunnen zetten
The Icefield Parkway (27 en 28 juni)
Vandaag zijn we van Jasper vertrokken richting Lake Louise. Dat is ruim 230 kilometer. De weg heet : The Icefield Parkway en wordt beschreven als de mooiste weg van de wereld.. Het zijn 2 nationale parken t.w. Jasper National Park en Banff National Park. Beide parken behoren tot het werelderfgoed. Ook in alle reisbeschrijvingen wordt deze weg beschreven als het hoogtepunt van je bezoek aan de Rocky Mountains. Je rijdt tussen, door en over bergen heen. Besneeuwde toppen zie je om je heen, overal prachtige blauwe meren die soms prachtig groen zijn. De weerspiegeling van de bergen in het meer is heel mooi.
Tijdens de 230 kilometers weg, heb je steeds zijpaden om prachtige bergwandelingen of rondwandelingen langs een meer te maken, het kijken naar watervallen of prachtige vergezichten. Sommige uitstapjes zijn voor ons niet mogelijk. Onze 1e stop was na 30 kilometer bij de Athabasca Falls. Hier konden we heel dichtbij de waterval komen. Hij stort hier 12 meter omlaag over kwartsgesteente in een korte, nauwe kloof.
De bedoeling was om vandaag naar Lake Louise te gaan, maar zo’n 50 kilometer daarvoor zagen we een camping bij de Mosquito Creek. De camping was in het bos en met een meer. Het was een camping van het Nationale Park. Ook hier was het zelf plaatsje zoeken, papiertje invullen en geld in een zakje doen. We hadden een prachtige plek. De camping had geen elektriciteit en ook geen water. Er stonden wel 2 hokjes die als plee dienden. (dus geen waterspoeling, direct de grond in) Bij de kampeerplek was wel een vuurkorf. In het midden van de camping lag allemaal hout, wat je kon pakken om bij je plek te branden. We hebben tot bijna half 10 buiten gezeten, met een lekker vuurtje er bij.
Naar Lake Louise en Banff
In 1890 werd door de Canadian Pacific Railroad een hotel gebouwd met de naam Chateau Lake Louise. In 1924 brandde dit hotel af en werd herbouwd. Het is nu een imposant bouwwerk met meer dan 1000 kamers.
Als je een kamer zou hebben met zicht op het meer en de Victoria gletsjer , dan lijkt me dat fantastisch. Op het meer kun je kanoën. Het lijkt me wel koud als je in het water valt, want ook hier bereikt het water een niet hogere temperatuur dan 4 graden. Daarna zijn we naar het Moraine Lake gereden. Hiervoor moesten we 12 kilometer de bergen in. Het bracht ons op een hoogte van plm. 2.000 meter.. We hebben daar een stukje gewandeld.
Vervolgens zijn we op ons gemak naar Banff gereden, waar we 2 nachten zullen verblijven. Ook in Banff zijn het alleen campings van het Nationale Park. We hebben nu wel elektriciteit, water en afvoer maar er is geen internet. Onderweg kwamen we nog een Grizzly beer tegen. Op de foto zie je dat de beer achter gaas zit, maar dat is een afscheiding van de weg en de wilde natuur.
Van Banff naar Revelstoke (Donderdag 30 juni)
Vanmorgen alweer om 8 uur vertrokken naar onze volgende bestemming. We verlaten de Rocky Mountains. We gaan naar Revelstoke over de Trans Canadian Highway. .
1 juli Canada-day
Rond half 3 waren we op de camping in Kelowna. We zijn daarna nog met de camper naar het feestterrein gegaan van Kelowna waar uitbundig de Canada-day gevierd werd. Dit gebeurde in een park die gelegen is aan de rand van het meer. Met moeite konden we onze camper parkeren, vanwege het feest. Het was een bewaakte parkeerplaats die eigenlijk vol was, maar de parkeerwachter (vrijwilliger) zei kom er maar in, “ik ben blind”. Toen hij hoorde dat we uit Nederland kwamen kon hij twee Nederlandse woorden zeggen en of wij een bepaalde familie in Rotterdam kenden. Hij was Amerikaans militair geweest en was gelegerd geweest in Duitsland en had vrienden gemaakt uit Rotterdam.
We zijn het feestgedruis ingegaan. Ondertussen was het weer heel goed geworden, zelfs warm. Het was heel druk. Op verschillende plaatsen speelden een band. De mensen liepen met de Maple Leaf geschilderd op de wang of op de buik of benen, met vlaggen om hen heen, shirts met Canada er op etc. Overal standjes, vergelijkbaar met een kunstmarkt bij ons. Het was echt feest.
Maandag 4 juli
Ook vandaag zijn we met de bus naar Victoria gegaan. Lekker langs het Waterfront gelopen/gekuierd. We merken dat Victoria een hele rustige stad is. Het weer is hier over het algemeen goed en wij treffen het ook zo aan. Het is heerlijk weer en zitten dan ook af en toe op een terrasje. We hebben het imposante parlementsgebouw bezocht. Het is van het parlement van Brits Columbia. Het is een gebouw uit 1898.
Tocht op Vancouvereiland
Vanmorgen vroeg weer vertrokken van de camping in Victoria.
Terwijl je rijdt heb je steeds mooie gezichten over het water heen. Dan kom je uit bij River Jordan. Daarna wordt de weg zeer bochtig, en veel dalen en stijgen, maar het blijft heel mooi. Over zo’n 50 kilometer van dat laatste stuk doe je meer als een uur. Ook komen we op dit stuk de “one line bridges” tegen, die we nog kennen van onze Nieuw Zeeland reis. Uiteindelijk kwamen we uit bij Port Renfrew. Hier hield de weg nr 14 op. We dachten van daaruit via binnenwegen naar Tofino te kunnen rijden. Het begin lukte aardig. Een hele mooie route, maar op een bepaald moment werd het een zandweg. (zacht zand) Dat leek ons voor deze camper toch niet zo geschikt. Dus weer een andere weg gezocht. Uiteindelijk moesten we wel over een niet eerder, door ons, gereden weg, een stuk terug naar de oostkust, waar we in Duncan uitkwamen. Duncan ligt niet zo ver van Victoria af, we hadden ondertussen wel zo’n 250 kilometer gereden.
Naar Tofino (woensdag 6 juli)
Na enige kilometers werden we aangehouden. Ik dacht dat we aangehouden werden wegens een snelheidsovertreding, maar dat was het niet. Men vroeg of wij het park in gingen of er alleen maar door heen gingen naar Tofino.
Aangekomen in Tofino bleek dat de camping die we op het oog hadden vol was. We werden verwezen naar de buren. Die hadden nog wel plaats, maar het was/is niet zo’n goede camping. Er is wel een zwembad bij waarvan we ook gebruik gemaakt hebben. Allebei de campings liggen wel direct aan de oceaan. We zijn dan ook naar het strand gegaan, waar Marina achter de rolstoel nog een stukje op heeft gelopen.
‘s-Avonds nog even Tofina ingegaan (met een busje van het plaatselijk vervoer) om te eten. Morgen gaan we naar Ucluelet. Ook deze plaats ligt aan de Pacific Ocean, wij noemen dit de Grote en Stille Oceaan.
Een dag Ucluelet en terug naar Vancouver. ( 7 en 8 juli)
Vanmorgen vertrokken van de niet zo plezierige camping in Tofino naar Ucluelet. Het is maar zo’n 30 kilometer. Wat opvalt langs de kustweg, en we hadden het al eerder bij andere kustwegen gezien, dat is, dat er borden langs de weg staan met evacuatieroute bij een Tsunami
Ucluelet is een leuk dorp. We vonden het zelfs nog mooier dan Tofino, die meer toeristen trekt. We kwamen op een prachtige camping. We keken uit op de haven van het plaatsje. Het was een schitterend uitzicht.
. Onderweg besloten we om niet in Nanaimo te overnachten, maar de boot te nemen en aan de andere kant een camping te zoeken. We konden mee met de boot van 15.15 uur.
Vancouver.
Vanavond zijn we wezen eten op de “Lookout toren” (in het Harbourcentrum) Het is een soort Euromast, maar 3 x hoger. De lift gaat buiten langs omhoog waardoor je vanuit de lift al uitzicht krijgt. Als je gaat eten, hoef je geen toegang voor de toren te betalen. Het restaurant draait rond. Een magnifiek uitzicht over Vancouver.
maandag 8 augustus 2011
Canada
Ed en Marina Canada 2011
We verheugen ons er op om onze kinderen en kleinkinderen weer te ontmoeten in Stratford Ont.
Wij vlogen naar Toronto. Rond 12 uur kwamen we daar aan. Heel snel werden wij door de immigration en douane geleidt. Dat is het voordeel van de rolstoel. Bij de uitgang werden we opgewacht door Mirjam. We hoorden daarna een grote schreeuw. Eva en Julia stonden achter een pilaar verscholen. Ons was steeds gezegd dat de kinderen op school zaten. Dus dat was een enorme verrassing. Zo'n 2 uur later kwamen we aan in Stratford. Het was weer goed om bij de kinderen thuis te zijn.
Dinsdag de 14e. 's-morgens met Eva en Julia naar hun school. Mirjam was die ochtend hulpmoeder in de klas van Julia. Wij mochten ook blijven en konden zo een stukje meemaken hoe het hier op school toegaat. Zoals in heel Canada begint de dag met het zingen van het Canadese volkslied. Wat ons opviel dat hier al heel veel aan taalontwikkeling gedaan wordt. Ze leren in deze klas (combinatie groep 1 en 2) al woordjes schrijven en in ieder geval letters herkennen. Er was ook een moment dat ze een boekje konden gaan lezen. Het gaat op een ontspannen wijze, maar er wordt hard gewerkt.. Rond half 11 zijn wij weggegaan. Het was leuk om zo een kijkje te krijgen hoe op deze school gewerkt wordt.
Abonneren op:
Posts (Atom)